uit het dagboek van Shelley Poes

Shelley poes  Hoi Shelley! Ze is al een tijdje geleden overde Regenboogbrug gegaan maar iedereen weet dan blijf je er gewoon bijhoren. Van de vrouw van Shelley kreeg ik een paar bladzijdes uit het dagboek van deze bijzondere poes. Ik mocht het publiceren dus hier komt het!!

 

11 november 2007

Hallo, ik ben Shelley.
Ik woon nu al weer bijna 11 jaar (30 november is het zover) bij mijn personeel. Ik heb volgens mij wel geboft met mijn personeel, maar zij boffen natuurlijk ook met mij! Ik begin nu wel een bejaarde dame te worden. Hoe oud ik precies ben, zal mijn personeel nooit te weten komen, maar het zal zo rond de 15 jaar kunnen zijn.

Ik ben gevonden in Den Haag. Dat is de stad waar ook mijn vrouwtje vandaan komt. Zij vraagt zich wel eens af, of er ooit iemand erg verdrietig is geweest om mij. Iemand die mij kwijt was en me blijkbaar niet meer kon vinden.
Ik ken namelijk spelletjes, die ik ooit geleerd moet hebben volgens mijn vrouwtje. Zo vind ik het heel erg leuk als ze de kattenbrokjes door de kamer naar me toe rolt. Dan kan ik leuk keepen! Het kan me niet moeilijk genoeg zijn, het liefst moet ik erachter aan racen. Af en toe verdwijnt er één in de convectorput, dan ben ik nét te laat.

Ik snap heel erg veel van wat mijn personeel tegen me zegt. Meestal luister ik goed naar ze, vooral als ze me in de gaten houden.
Zo heb ik speciaal voer en ik mag niet uit de andere bakjes snoepen. Nou, dat is hartstikke moeilijk hoor. Heb ik van dat suffe Eukanuba dermatosis voer uit een blikje en Royal Canin hypoallergenic brokjes, krijgen die andere katten van dat lekkere goedkope Gourmetspul. Of Whiskas….
Als mijn personeel dan naar me kijkt, loop ik in een grote boog om dat andere voer heen. Ik word dan uitbundig geprezen. Maar als die sufferds de bakjes met het andere voer op de grond laten staan en zitten te praten en mij dus even vergeten, nou, dan weet ik het wel. Ik ren zo snel ik kan naar het andere bakje toe en slobber het leeg voordat ze het zien. Moeten ze maar niet zo stom zijn om het te laten staan.

In het weekend krijg ik bij het ontbijt altijd een plakje fricandeau.

Ik mag wel zeggen dat ik hier trots op ben, want ik ben de enige kat in huis met dit privilege. Ik ben wel bereid om mijn warme mandje hiervoor te verlaten. Maar als het op is, zegt de snorman dat heel nadrukkelijk tegen mij. “Het is óp” hoor ik dan, en oké, ik snap heel goed wat dit betekent, dus hobbel ik maar weer terug naar mijn heerlijke slaapplekje. Maar eerst ga ik klaaglijk mauwen in de hal, onderaan de trap. Dat lokt altijd wel weer een reactie vanuit de kamer uit. Hihi, dat personeel is zo voorspelbaar.
Dan is het tijd om te slapen. Pas aan het einde van de middag wil ik wel weer eens kijken hoe het met het diner gesteld is.

Ze zijn de laatste tijd trouwens wel streng voor me. Omdat ik de laatste jaren regelmatig van jeuk, huidkorsten en kaalgelikte plekken heb, heb ik dat speciale, eerder vermelde, voer gekregen. En omdat ze nog steeds niet weten hoe ik aan zo’n jeuk kom dat ik mezelf helemaal kapot krab en lik, zijn ze voorzichtig geworden met andere lekkere hapjes. Want wat dacht je van een heerlijk stukje tartaar, een stukje kipfilet of een mootje zalm ? Jawel, dat kreeg ik allemaal voor elkaar. Gewoon erbij gaan zitten op de tafel en veel mijn ogen dicht knijpen. Als ze dat dan niet snappen, gewoon een beetje dichter bij het bord gaan zitten, desnoods vast proberen zelf een stukje te pakken. Een bord leeglikken geeft trouwens ook een zalige smaaksensatie. Of uit een glas melk lebberen. Maar dat mag ik ook al niet.

Eigenlijk lust ik best wel veel, ik ben best een makkelijke poes.

Naast eten is slapen mijn grote hobby. Als mijn personeel ook gaat slapen, kruip ik naast mijn vrouwtje. Zij blijft tenminste enigszins rustig liggen. ’s Nachts wil ik nog wel eens naar beneden sluipen om te kijken of ze niet per ongeluk een bakje met voor mij verboden voer hebben laten staan. Pas geleden had het vrouwtje zo’n bakje verstopt in de badkamer. Ha ha, ze dacht dat ik daar niet zou gaan kijken. Nou aan mijn neus mankeert niets, ik heb het lekker gevonden en gauw opgepeuzeld. Het voer was eigenlijk voor Poekie bedoeld, maar die is toch veels te dik aan het worden. Ze gaat zowaar op míj lijken!

’s Ochtends in het weekend wil mijn personeel graag uitslapen. Maar als ik honger heb, en er is niets te bikken, dan wil ik toch wel graag wat brokjes. Hoe pak je dat als zo’n slimme poes als ik ben aan? Heel gewoon: eerst ga ik geagiteerd heen en weer trippelen op het parket in de slaapkamer. Als er dan geen reactie komt, ga ik aan de deur van een slaapkamerkast trekken, dat bonkt zo leuk. Last but not least ga ik aan een metalen deurpost krabben: meestal is dat uiteindelijk het meest effectief. Tenminste, bij het vrouwtje, want de snorman snurkt meestal door. Vrouwtje stapt dan zuchtend uit bed en gaat naar beneden waar ze voor mij wat brokjes in een bakje doet. Ja, vrouwtje luistert goed naar mijn wensen, en zo hoort het ook.

15 november 2007

Ha, hier ben ik weer. Ik heb weer een heerlijke dag achter de rug. Ja, ik heb het best wel druk hoor. Waarom kijk je nu verbaasd ? Ik zal eens beschrijven wat ik zo allemaal uitvoer op een dag.

Ik begin vroeg in de ochtend, zo rond een uur of zes, met me uit te rekken. Mijn maagje begint dan al wat te knorren. Meestal is dat mormel van een Poekie al bezig om het vrouwtje op subtiele wijze wakker te maken. Ze gaat gewoon over mijn vrouwtje heen lopen… , en tja, ik moet bekennen dat dat meestal zeer effectief is.
Vrouwtje wordt dan weliswaar wat knorrig, maar het doel is bereikt: ze komt overeind en gaat het bed uit. Wat zijn die mensenwezens trouwens lui zeg, die liggen gewoon een hele nacht achter elkaar te slapen !

Poekie en ik springen dan allebei vol verwachting op de grond en hobbelen de trap af. Ik ben meestal het eerst beneden, maar ik ben dan ook vlug en lenig (ahum).
Vrouwtje stommelt achter ons aan. En zoals goed personeel betaamt, vult ze onze bakjes bij met verse brokjes en ze kijkt ook of we nog genoeg schoon water hebben.

Ik ga dan meestal heel ongeïnteresseerd op de mat liggen, alsof ik helemaal niet geef om eten.

Ik heb vaak zin om in de vroege ochtend even een frisse neus te halen. Da’s niet moeilijk voor elkaar te krijgen hoor, gewoon naar de lamellen lopen en met een schuine blik omhoog kijken en “sesam open u” prevelen.
Ze snapt het meteen, mijn vrouwtje. Ja, we zitten wat begrijpen betreft wel op één lijn.
De schuifdeur gaat open, en ik blijf dan toch twijfelend op het matje staan. Want het is best wel koud, zo vroeg in de novemberochtend. Maar kom, ik ben geen watje dus ik ga toch even het donker in.
Even struinen…en pssstttt, niet verder vertellen hoor, ik ben eigenlijk een commando-poes en heb dus altijd een missie. Zo ’s ochtends vroeg is mijn missie het verkennen van de eigen tuin. Even kijken of zich hier geen vijandelijke troepen bevinden. Mocht ik die tegen komen, dan is er voor mij maar één oplossing…….zo snel mogelijk naar binnen vluchten. Ja zeg, wat dacht je dan ? Ik ben ook de jongste niet meer hoor.

Dan is het tijd om te knabbelen.

Na het knabbelen eerst nog in de kamer afwachten of er nog een kans is om iets anders te snaaien. Als ik pech heb, heeft vrouwtje het bakje van Poekie op het aanrecht gezet.
Als het vrouwtje het huis verlaat, dan lig ik al weer lekker op haar plekje op het bed. Want het is tijd voor een heerlijk slaapje.
Ach, zo’n missie op de vroege ochtend kost gewoonweg veel energie, dus ik schat dat ik pas halverwege de middag uitgeslapen ben. Dan moet ik weer wat te knabbelen hebben, want het zachte voer komt pas tegen etenstijd.

De avond breng ik door op het kussen op de bank. Het liefst lig ik dan tussen de snorman en vrouwtje in. Ik word dan heerlijk gekriebeld. Dan weer door de één, en dan weer door de ander. Als ze stoppen met kriebelen, dan draai ik mijn koppie naar achteren en zeg “mèh”. Moet je zien hoe ze dan reageren…haha… dan gaan ze zo raar tegen me praten. Dan vinden ze me blijkbaar zó leuk en roepen dan tegen me “wat ben je toch een poepie” of zoiets.
Nou zeg, ik zou geen “poepie” of “Poekie” (stel je voor !) willen heten hoor. Maar goed, zolang ze maar kriebelen vind ik het best.
Voordat je het weet is het dan weer slaaptijd voor de mensenwezens, en ach, ik doe niet moeilijk hoor, ik ga mooi mee naar boven, me heerlijk uitstrekken op het bed.
En o wee als die Poekie dan ook dicht bij het vrouwtje wil liggen. Daar weet ik wel wat op: als vrouwtje niet kijkt, geef ik Poekie stiekem een mep.

Shelley Poes (30-11-1996- 31-12-2010)

2 thoughts on “uit het dagboek van Shelley Poes

  1. Hallo Bert,

    Nou zeg dat is wel heel lief van het vrouwtje van Shelley Poes dat ze een stuk uit het dagboek aan jou geeft om ons er ook van te laten genieten hoe lief Shelley was. Eigenlijk zouden we allemaal een dag/weekboek moeten maken, we hebben altijd wel wat te beleven aan avonturen. Al is het ene avontuur leuker dan het andere. Maar jij hebt al wel heel veel geschreven en er ook samen met je vrouwtje 2 boeken van gemaakt en nummer 3 daar wachten wij vol ongeduld op hoor. Jij schrijft ook altijd een mooi stuk in het lopend Vuurtje. Ik vind het heel knap hoor.
    Bert bedankt voor het mooie verhaal, vrouwtje heeft het voorgelezen hoor, tot morgen weer en een fijne dag met je vrouwtje, Je was al klaar met je taakjes dus een welverdiend luie dag hoor. Zaterdag knuffels van vrouwtje en pootjes en kopjes van je grote vriend Jip.

    1. hoi Jip, ja ik vond het ook heel leuk van Shelley. Er zijn vast meer katten die een dagboek bijhouden, volgens mij is Bolle ook aan het schrijven soms. Ik hoop dat je ook een fijne dag hebt met vooral rust aan je kop! poot van je vriend Bert

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *